Bijzondere ontmoetingen in de sauna
Hoe mijn antropologische studie spaak liep
De zandloper was over de helft, mijn kop reeds rood aangelopen en het zweet drupte op mijn handdoek. De temperatuur liep tegen de 100 graden aan. Dit klamme saunahok was niet bedoeld voor mensen die van een standaard lichaamstemperatuur hielden. Het doel: de innerlijke demonen verdrijven door jezelf gaar te koken en daarna met je dikke reet in een koud bad plempen.
En dan weer opnieuw. En opnieuw. Tot je brein helemaal leeg is en je er weer een weekje tegenaan kunt op koning aarde. Of het fysiek gezond is, weet ik niet. Maar je knapt er mentaal wel wat van op en je komt bijzondere mensen tegen die zich door de hitte niet laten remmen door sociale gewoonten.
De alcoholist
De eerste sessie. Tegenover mij zat een kale man, vol met tatoeages van middelbare leeftijd, ook te zweten dat het een aard had. Voor de rest was er niemand. Hij begon al een paar keer te puffen. Kenbaar maken dat hij existent was en daarna deed hij zijn mond open.
'Ik ben vroeger alcoholverslaafd geweest,’ zei die zonder verdere introductie. ‘Ah,’ zei ik. Wetende dat alleen deze instemmende kreun voldoende voor hem was om door te gaan. ‘Ik dronk op een gegeven moment twee liter jenever per dag en kon qua eten vrijwel niks meer binnen krijgen. Alleen stroop lukte nog. Toen ben ik halfdood in een ziekenhuis opgenomen, daarna rechtstreeks naar een afkickkliniek in Schotland en sindsdien geen druppel meer gedronken.’
‘Zo, zo,’ zei ik. ‘Jup,’ ging hij trots verder. ‘Nu ben ik hier kind aan huis. Of ik echt gelukkiger ben? Geen idee, maar het is wel fijn dat ik niet meer elke dag mijn ingewanden eruit kots.’ Ik knikte. ‘En van de stroop ben ik ook voorgoed genezen. Ik eet mijn pannenkoeken nu alleen nog met spek.’
Zijn zandloper was inmiddels leeg. ‘Pff, ik ga je verlaten,’ zei die. ‘Was leuk om je even gesproken te hebben. In de sauna kom je al snel tot een goed gesprek!’ - ‘Inderdaad,’ zei ik.
De saunaverslaafde
Na ongeveer anderhalf uur was ik inmiddels aan mijn derde saunasessie begonnen. Ik liep naar binnen en zag een oude man meer dood dan levend op de bovenste ‘verdieping’ liggen.
‘Hallo?’ vroeg ik bezorgd. ‘Gaat het wel goed met u?’ - ‘Hij kwam langzaam bij, als een schildpad uit zijn winterslaap.’ - ‘O, jawel hoor.’ Hij keek op zijn digitale horloge. ‘Ik zit er alweer bijna vijfenveertig minuten in,’ merkte hij trots op, terwijl hij als een zwetende zombie naar buiten strompelde. Niet veel later hoorde ik een plons en daarna een oerkreet die het hele resort op zijn grondvesten deed schudden. Het koude water had hem weer de broodnodige verlossing gebracht.
Klaagman
Inmiddels de vierde sessie. De avond begon te naderen en dat betekende dat Klaagman waarschijnlijk snel de sauna zou betreden. Een berucht figuur. Het devies: geen oogcontact maken, niet in de gesprekken meegaan en je ogen dichthouden. Dan liet-ie je met rust, wisten de ervaren saunagangers.
En daar was-ie al. Met meelij keek ik naar de jonge vrouw die er niet vaak was en onschuldig voor haar uit zat te staren. Zijn aankomst bracht, zoals gewoonlijk, het nodige rumoer met zich mee. ‘Man, man, man, wat een dag,’ zei die tegen niemand in het bijzonder, draaide een zandloper om en ging hevig kreunend op zijn handdoek zitten.
‘Wat is er dan?’ vroeg de jonge vrouw nietsvermoedend. Dat had ze beter niet kunnen vragen. Klaagman had beet en dat wist-ie dondersgoed. ‘Och meisje toch. Dat wil jij niet weten.’ Maar die kennis zou ze toch snel tot zich krijgen. ‘Het gaat elke dag steeds slechter. Ik slaap slecht, mijn knieën knikken onregelmatig en op werk, als hovenier, presteer ik daardoor niet meer goed.’ Hoe heter het werd, hoe meer hij klaagde. De gouden formule van Klaagman.
‘En ze willen me nu ontslaan. Mijn vijfde werkgever dit jaar al. Financieel zit ik ook al in de penarie… Straks ben ik verlamd en dakloos. Gottegot. Zit ik daar met een rolstoel onder de brug te slapen. Als ik überhaupt een rolstoel kan betalen. Waarom leef ik eigenlijk nog? Dit heeft totaal geen zin!’
En zo ging de klaagwaterval door. De vrouw verstijfde, kon alleen empathisch knikken en af en toe zag ik haar naar de zandloper kijken. Wij wisten hoe ze zich voelde. Hoe heter het werd, hoe langzamer de tijd verstreek.
‘Oh, heel vervelend voor u,’ zei ze nadat haar zandloper was afgelopen en snelwandelend liep ze, totaal ontheemd, de sauna uit. Klaagman keek tevreden. ‘Hij is goed warm vandaag hé, jongens!’
De zwetende autist
Het was reeds avond en de rust in de sauna begon weder te keren. Ik zat alleen en kon deze bijzondere figuren nu in stilte eens even goed overdenken. Gelukkig ben ik relatief normaal vergeleken met al die mafklappers hier, dacht ik verheven terwijl mijn halve kop aan het verbranden was in de heetste hoek van de sauna. Mijn vaste plekje.
Door de glazen deur zag ik van buiten een jongere man angstig naar me kijken. Daarna zei die tegen zijn vriendin. ‘Oh, die verdwaasde autist die altijd zo extreem zweet en nooit wat zegt, zit er ook weer. Laten we maar even naar de andere sauna gaan.’ - Zijn vriendin knikte.
Dat kwam rauw op mijn dak vallen en met een half verbrand hoofd en pijnlijke ogen liep ik moedeloos naar huis. Wat een saunasessie mentaal precies met een mens deed wist ik nog steeds niet, maar zelfinzicht kreeg je er in ieder geval niet van.
Dat was het weer! Vergeet niet te liken, sharen en subscriben. Ik weet niet of het goed voor je is, maar je knapt er wel van op.
’
Veiliger dan prosac
Hahaha ♡